Fibonacci is de naam van een Italiaanse wiskundige die in het jaar 1202 een heel speciale nummerreeks in Europa introduceerde die al eeuwenlang in India bekend was.
De regel van deze reeks is zo eenvoudig dat zelfs kinderen het kunnen begrijpen en zelfs 'uitvinden'. Te beginnen met 0 en 1, elk volgend nummer is de som van de vorige twee: 0, 1, 1, 2, 3, 5, 8, 13, 21, 34, 55, 89, 144 ... en zo verder tot in het oneindige.
Het is een reeks getallen heel eenvoudig, maar zeer gebruikelijk door de natuur. Bijvoorbeeld: bijna altijd is het aantal bloemblaadjes van een bloem een nummer van deze serie en om dezelfde reden hebben we vijf vingers op de handen en voeten. In aanvulling op planten en dieren, is ook te vinden in grote geologische en astronomische structuren (misschien niet in de cijfers zelf, maar door de spiraal die daarvan is af te leiden).
Ondanks (of misschien wel dankzij) de eenvoud van deze wiskundige reeks, is het een fundamentele regel van alles dat bestaat en kan het zelfs zeer complexe verschijnselen beschrijven.
De eenvoudigste manier om deze reeks te visualiseren, is door hem op een papier met vierkantjes te tekenen.
Van daaruit komt aan de ene kant wat wordt beschouwd als de mooiste rechthoek, vanwege de verhouding tussen breedte en hoogte (de gulden snede) en aan de andere kant een heel speciale spiraal die je vele malen in de natuur kan vinden, van schelpen en orkaanvormen tot de sterrenstelsels.